Deel 11: Op reis met Campooz: Na regen komt zonneschijn

‘Ik vind het nu al lekker om op pad te zijn,’ zegt Jos tegen Anna. ‘Vooral zo met dat zonnetje op onze snuit. Gelukkig hebben we onze zonnebrillen meegenomen.’

‘Dat zonnetje is nog maar van korte duur, Jos. Kijk daar eens in de verte! Daar komen een hoop donkere wolken aan,’ reageert Anna.

‘Ik denk echt dat ik een bril nodig heb,’ zegt Jos, terwijl hij zijn ogen bijna dichtknijpt. ‘Ik meende dat dat de laag zonwering op de voorruit was.’

‘Dan is het maar goed dat ik rij,’ reageert Anna met een knipoog. ‘Je bent al niet zo’n held achter het stuur.

Dat klopt inderdaad. Anna heeft het liefste controle over het stuur en Jos rijdt liever op rustige wegen met weinig verkeer. Anders raakt hij helemaal in paniek. Dat wordt straks nog wat als ze in het buitenland op nóg drukkere wegen rijden. Maar dat is een zorg voor later. Intussen verdwijnt de zon achter de wolken en rijden Jos en Anna recht op de donkere lucht af. Uit het niets begint het ineens heftig te stormen.

storm en regen

‘Zooo, nu zie ik net zo veel als jij,’ lacht Anna hardop, terwijl ze nog net de kentekenplaat van de auto voor haar kan lezen. Jos reageert niet. Normaal is hij spitsig met een reactie, maar hij voelt zich ontwapend.

Een hevige hoosbui ontneemt een groot deel van het zicht vanuit de auto. Anna haalt haar voet iets van het gaspedaal en begint rustiger te rijden.

‘Zeg, waar moeten we eigenlijk heen, Jos? Ik rij gewoon maar wat.’ ‘Oh ja, vergeten. Ik zal eens kijken of Raoul al heeft gereageerd.

Jos pakt zijn telefoon en opent WhatsApp. ‘Ah, we moeten helemaal naar Genemuiden. We rijden dus wel al in de goede richting, maar mogen nog wel een eindje.

Anna zigzagt intussen langs meerdere auto’s. ‘Goed, het regent hard. Maar sommigen durven helemaal niets op de weg,’ sneert ze zelfvoldaan ‘Heb je al wat krachtvoer nodig, Anna?’ reageert Jos. ‘Hier, heb je een bolletje met kaas van Raoul. Dat is zonde, en bovenal ondankbaar, om weg te gooien!’

‘Jw hwbt gwlijk, Jws,’ antwoordt Anna uit dankbaarheid met een bolletje in haar mond. Dat is toch lastig communiceren.

regenboog genemuiden

Het grootste restant van de reis blijft het regenen. Geen lokale, maar een landelijke bui houdt de gemoederen van Jos en Anna bezig. Een typisch Hollandse dag. Binnenkort mogen ze naar de buitenlandse zon en hopelijk is het dan beter te doen. Terwijl de regendruppels dunner worden, begint uiteindelijk toch het zonnetje door te breken. Alsof het  zo had moeten zijn, rijden Jos en Anna verwelkomt door een regenboog Genemuiden binnen. Nog een klein stukje en dan zijn ze bij Yvonne en Richard.

‘Volgens mij zijn we er, Jos!’ zegt Anna, terwijl ze de auto op de natte oprit parkeert. Inmiddels valt er geen regen meer uit de lucht. De voordeur gaat al open en er wandelt een man naar buiten, richting de auto. Nog voor Anna de autodeur los kan trekken, trekt de man deze al open.

‘Welkom bij ons nobele stulpje. Weertje, hè? Gelukkig hoeven jullie zelf niet meer door de regen te lopen,’ lacht de man.

‘Hartelijk bedankt! Richard, neem ik aan?’ reageert Anna.

‘Absoluut!’ knikt de man. ‘Kom maar mee, de koffie staat klaar. Daar hebben jullie vast wel zin in.’

‘Absoluut!’ reageert Jos. ‘En een goed gesprek!’

Wat hebben Yvonne en Richard te vertellen aan Jos en Anna? Je leest het volgende week.